Cytomegalovirus (CMV)
Het cytomegalovirus (CMV) kan tijdens de zwangerschap belangrijke gevolgen hebben voor de ongeboren baby.
Wat?
Het cytomegalovirus (CMV) is een virus dat wereldwijd voorkomt en mensen van alle leeftijden kan besmetten. Het virus behoort tot de groep van de herpesvirussen, zoals koortsblaasjes. Bijna iedereen komt vroeg of laat in aanraking met CMV. Hoewel het virus meestal erg onschuldig is, kunnen ongeboren baby’s en mensen met een verminderde afweer wel belangrijke gevolgen ondervinden.
Hoe groot is de kans op een CMV-infectie bij zwangere vrouwen en hun ongeboren baby?
- Ongeveer 2% van de zwangere vrouwen loopt een CMV-infectie op.
- Bij zwangere vrouwen die nog geen antistoffen voor het virus hebben (ongeveer 50%), is 30% van de ongeboren baby’s geïnfecteerd.
- Bij de vrouwen die wel antistoffen hebben voor dit virus (ongeveer 50%), is 0,15% van de ongeboren baby’s geïnfecteerd. Dat kan onder andere door re-infectie of re-activatie van het virus. Ook bestaan er van het CMV-virus verschillende types en kan je dus een infectie met een ander type oplopen.
Oorzaken
Het cytomegalovirus komt voor in onze lichaamsvochten, zoals speeksel, stoelgang, urine, moedermelk, bloed, sperma en vaginaal vocht. Wie in contact komt met de lichaamsvochten van een besmet persoon, bijvoorbeeld bij seks of kussen, kan zo zelf besmet geraken. Zwangere vrouwen raken meestal met het CM-virus besmet via het speeksel of de urine van besmette kinderen.
Zwangere vrouwen die besmet zijn met het virus, kunnen tijdens de zwangerschap al het virus aan hun ongeboren baby doorgeven, of bij de geboorte via vaginaal vocht of later via borstvoeding.
Symptomen
De meeste kinderen of volwassenen die met CMV besmet worden, hebben geen echte klachten en zijn zich niet van de besmetting bewust. Besmetting met CMV lijkt wat op een griepje met koorts, keelpijn, soms wat gezwollen klieren en vermoeidheid. Vaak wordt dan ook eerder aan klierkoorts dan aan een CMV-infectie gedacht.
Gevolgen
Gezonde kinderen en volwassenen genezen bijna altijd zonder verdere gevolgen. Bij zwangere vrouwen kunnen de ongeboren baby’s wel blijvende gevolgen hebben, omdat het virus de groei van de celletjes kan verstoren.
Mogelijke gevolgen voor de baby zijn:
- Verminderde groei
- Vergrote lever of milt
- Kleine bloedingen
- Kleinere hoofdomtrek
- Verkalkingen in de hersenen
- Oogaantasting
- Aantasting gehoorzenuw, wat tot gehoorverlies kan lijden
- Andere specifieke afwijkingen
Het virus is onschadelijk voor de zwangere vrouw zelf.
Hoe groot is de kans op ernstige gevolgen voor de baby?
Het is erg moeilijk om het exacte risico van een infectie bij de baby vast te stellen. Hoe vroeger in de zwangerschap de infectie optreedt, hoe ernstiger de gevolgen kunnen zijn. Maar dit blijft erg moeilijk in te schatten.
Preventie
- Was je handen zorgvuldig, ontsmet ze eventueel zelfs met handalcohol na contact met speeksel of urine.
- Geef kinderen jonger dan 5 of 6 jaar geen kusjes op de mond als je zwanger bent. Geef ze een kusje op het hoofd of een knuffel.
- Neem geen gebruikte fopspeen in de mond.
- Neem geen door het kind gebruikt bestek in de mond (bijvoorbeeld het aflikken van de lepel of uit dezelfde beker drinken)
- Maak al het speelgoed regelmatig schoon
- Gebruik wegwerphanddoekjes en papieren zakdoekjes, geen stoffen zakdoekjes die hergebruikt worden
- Vermijd het dragen van ringen, armbanden, uurwerken en kunstnagels waar restjes besmet met het virus gemakkelijk achterblijven.
- Maak alle werkoppervlakken (bijvoorbeeld de verzorgingskussens van je baby) schoon.
Diagnosestelling
Voor de diagnosestelling voeren we enkele onderzoeken uit.
- 1
Bloedanalyse
Bij vermoeden van een CMV-infectie tijdens de zwangerschap voeren we eerst een grondige bloedanalyse uit of analyseren we de bestaande bloedresultaten.
- 2
Vruchtwateronderzoek
Vervolgens kunnen we met een vruchtwateronderzoek de aanwezigheid van het virus in het vruchtwater opsporen en achterhalen hoe groot de kans op een baby met een aangeboren infectie is. Belangrijk om te weten is dat de resultaten van het vruchtonderzoek niet sluitend zijn. Zo kan het zijn dat het vruchtwateronderzoek aantoont dat het virus aanwezig is, maar dat de baby toch niet ziek is. Omgekeerd geldt ook. Als op een vruchtwateronderzoek geen virus wordt aangetroffen is dit geen garantie dat de baby geen gevolgen zal ervaren.
We bespreken steeds met jou de voor- en nadelen van een vruchtwateronderzoek. Een vruchtwateronderzoek voor het CM-virus gebeurt niet voor 20 weken zwangerschap omdat deze dan bijna altijd de afwezigheid van het virus toont, ook al is de baby besmet.
- 3
Aviditeitstest
Tot slot bestaat er ook een zogenaamde aviditeitstest. Bij deze test bestaat de mogelijkheid om in te schatten wanneer de infectie zou zijn opgetreden.
Behandeling
Momenteel is er geen zinvolle behandeling voor CMV-infectie tijdens de zwangerschap. Talrijke behandelingen werden in het verleden voorgesteld, maar geen daarvan lijkt de prognose van de kinderen betekenisvol te verbeteren.
We stellen ook voor om elke 2 tot 3 weken een uitgebreid echografisch onderzoek te doen en rond 28 weken aanvullend een MRI-scan van de foetus uit te voeren om een meer gedetailleerd beeld van de baby en zijn hersenen te krijgen. Hiermee kunnen eventuele afwijkingen worden vastgesteld. Bij zeer ernstige infecties met zichtbare afwijkingen kan de mogelijkheid van het afbreken van de zwangerschap aangeboden worden.