Deze pagina bevat alle belangrijke informatie over de opname van jouw kind.
Hier vind je alles wat je moet weten om je kind goed voor te bereiden en ervoor te zorgen dat de opname zelf zo vlot mogelijk verloopt. Het is essentieel dat jullie de volledige informatie doornemen, aangezien elke stap helpt om de opname efficiënt te laten verlopen. 

Van voorbereidingen thuis tot wat je op de dag van de ingreep kan verwachten.

Neem de tijd om alles zorgvuldig te lezen en twijfel niet om vragen te stellen als er iets onduidelijk is.

Voorbereiden

Voorbereiden

Om je opname vlot te laten verlopen, breng je het best een aantal zaken mee. We sommen ze graag voor je op: 

  1. 1
    • Laat je zelf goed informeren door de behandelende arts en lees aanvullend de pagina Kinderchirurgie wanneer jouw kind wordt geopereerd.
    • Vertel je kind waarom hij of zij in het ziekenhuis wordt opgenomen, wat er zal gebeuren en wat hij of zij zal voelen, horen en zien. Betrek ook zussen en broers bij de voorbereiding.
    • Lees samen met je kind een van volgende boekjes:

      + 2 jaar+ 4 jaar
      • Nijntje in het ziekenhuis (Dick Bruna Mercis)
      • Karel in het ziekenhuis (Liesbet Slegers)
      • De wereld van Hopla - het ziekenhuis (Bert Smet)
      • De operatie van kleine olifant (José Boone)
      • Lucas en de slaapdokter – (S. Boone en B. Vangehuchten)

       

    • Vertel je kind dat hij of zij nooit alleen zal zijn en dat hij/zij alles mag vragen en zeggen.
    • Probeer zelf zo rustig mogelijk te blijven, dan zal je kind zelf ook rustiger zijn
    • Pak samen met je kind zijn of haar koffertje in (en vergeet hun knuffelbeer of favoriete speelgoedje niet).
    • Spreek niet negatief over de dokter, de verpleegkundige of het ziekenhuis.
     
    Wie breng je (eventueel) op de hoogte
    • De huisarts

      Breng je huisarts op de hoogte van de geplande opname. Hij of zij ontvangt achteraf de onderzoeksresultaten en de medische gegevens.
    • De school

      Kan je kind door je opname in het ziekenhuis een tijdje niet meer naar school? Breng hen zo snel mogelijk op de hoogte.
    • Je ziekenfonds

      Breng je ziekenfonds op de hoogte van de opname. Het UZA zal het ziekenfonds ook op de hoogte brengen van de opname. Als de opname het gevolg is van een ongeval, meld dit dan uitdrukkelijk aan je ziekenfonds. Informeer daar ook naar eventuele attesten die bij je opname moeten worden ingevuld.
    • Je hospitalisatieverzekering

      Als je een hospitalisatieverzekering heeft, verwittig je vóór je opname het best je verzekeringsinstelling.
  2. 2
    • Neem steeds jouw eID en de KidsID van je kind of ISI+-kaart mee naar het UZA.

    Dat is belangrijk, want alleen op die manier kunnen we de derdebetalersregeling toepassen. Daarbij betaal je alleen jouw deel van de kosten aan de zorgverlener (remgeld) en worden andere kosten rechtstreeks door je ziekenfonds vergoed. 

    Meer info over de factuur

     

    • Neem volgende contactgegevens mee
    • Je eigen telefoonnummer of gsm-nummer
    • Naam en adres van je huisarts
    • Naam en adres van de verwijzende arts
  3. 3
    • Overzicht van de geneesmiddelen die je inneemt, waarop de dosis en tijdstip van inname vermeldt staat.
    • Goedkeuring voor terugbetaling door het ziekenfonds, indien van toepassing.
    • Indicatie van eventuele allergieën.
    • Medische documenten waarover je beschikt: verwijsbrief van je huisarts of verwijzende arts, radiografieën, laboresultaten, vaccinatiekaart...
  4. 4
    Voor baby’s Voor peuters, kleuters en grotere kinderen
    • Een kruippakje of kleedje
    • Een knuffel, muziekje... 
    • Washandjes en handdoeken
    • Een pyjama of nachtjapon
    • Kledij voor overdag
    • Een tandenborstel en tandpasta
    • Een kam of borstel
    • Pantoffels
    • Een knuffel, speelgoed, boekjes, strips...

In de volgende gevallen heb je nog extra gegevens nodig:

  • Als dat voor jou van toepassing is, breng je ook een waarborgregeling van een OCMW of betalingsverbintenis van een andere instantie die borg staat voor de betaling van de kosten mee.
  • In geval van een school-, sport- of verkeersongeval wordt de opname beschouwd als een gewone ziekteopname. Alles wordt geregeld via je ziekenfonds.
  • Voor patiënten met een buitenlandse verblijfplaats (domicilie):
    - Verzekeringskaartje of formulier E112 of garantieverklaring van je zorgverzekeraar
    - Europese Ziekteverzekeringskaart
  • Indien je voorschotten diende te betalen, een betalingsbewijs.
Naar het UZA
Aanmelden

Aanmelden

Meld je aan bij de aanmeldkiosk

  1. Neem steeds jouw eID en de KidsID van je kind of ISI+-kaart mee naar het UZA.
     
  2. Passeer bij aankomst eerst langs één van de aanmeldkiosken in de centrale inkomhal of in de inkomhal van het Moeder- en kindcentrum.
     
  3. Beantwoord alle vragen op de kiosk en neem je ticket.
     
  4. Je ticket geeft je verdere instructies
  • ofwel kan je meteen doorlopen naar de afdeling waar je een afspraak hebt.
  • ofwel passeer je nog langs de centrale balie om je inschrijving te vervolledigen. 

Hou je ticket steeds bij tijdens je bezoek aan het UZA.

Aanmeldkiosken
  • Voor administratieve en medische doeleinden is het belangrijk dat je gegevens volledig en juist worden geregistreerd. Daarom controleren we je gegevens aan de hand van de elektronische identiteitskaart (eID), Kids-ID of ISI+-kaart. Die kaart bevat de officiële naam en adresgegevens. Er zal je ook gevraagd worden naar je telefoonnummer en huisarts.

  • In een aantal gevallen moet je een waarborg (voorschot) van 50 euro betalen:

    • als je niet bent aangesloten of niet in regel bent bij een Belgisch ziekenfonds
    • als je geen adres in België of in het buitenland heeft
    • als een OCMW of andere instantie instaat voor de betaling van de kosten, maar je geen geldige betalingsgarantie kunt voorleggen
    • als je achterstallige onbetaalde facturen hebt
Je verblijf

Je verblijf

We geven je graag alle antwoorden op je vragen over het dagelijkse ziekenhuisleven. Met deze praktische informatie hopen we jouw ziekenhuisopname zo aangenaam mogelijk te maken.

  • 7 uur Start van de ochtendverzorging 
    8 uurOntbijt    
    Voormiddag Bezoek van de arts (soms ook op een ander tijdstip)
    Onderzoeken
    Ingrepen
    12 uur Middagmaal    
    13 - 14 uur Middagrust. Wij streven ernaar om de kinderen maximaal rust te geven. Gelieve daar als bezoeker rekening mee te houden.
    Namiddag
     
    Bezoek van de arts (soms ook op een ander tijdstip)
    Onderzoeken
    Ingrepen
     
    17 uur Avondmaal   
    Vanaf 19 uur 
     
    Avondritueel
    • Speelgoed in de kamer wordt opgeruimd.
    • Pyjama of slaapkleedje wordt aangetrokken (indien gewenst).
    • Lichten worden gedempt in de gang en op de kamer. 
    Het bezoekuur van niet-ouders loopt ten einde om 19 uur en we 
    vragen hen dan ook rustig te vertrekken, zodat ouder en kind nog 
    even samen kunnen zijn.
    20 - 21 uur Bedtijd   
    20 - 6.30 uur De kinderen slapen. De nachtverpleegkundige vervult de nodige zorgen, en houdt toezicht.
    1. Wie zorgt voor mijn kind?

    Er is altijd één verpleegkundige verantwoordelijk voor de verzorging van je kind. Wil je graag zelf je kind voeden of helpen verzorgen, dan kan je dat steeds met de verpleegkundige afspreken. Jouw hulp is handig omdat je je kind het beste kent. Als je dringend een verpleegkundige nodig hebt, ga dan iemand op de gang halen en blijf niet wachten bij de bel. 

    Tip! Breng de naam van je kind aan op alle persoonlijke spullen.

    1. Wanneer kan ik de dokter spreken?

    Elke dag tussen 9 en 10.30 uur komt de zaalarts even langs voor een kort onderzoek. In de namiddag is er tijd om hem/haar uitgebreid te spreken en vragen te stellen. Maak eventueel een lijstje met alle vragen zodat je niets vergeet. Ben je er dan niet, dan kan je telefonisch of via de verpleegkundige een afspraak maken. Wij vragen je de kinderarts niet te storen tijdens zijn/haar zaalronde en geduldig je beurt af te wachten. De zaalarts probeert altijd de dringende vragen en problemen eerst 
    te behandelen.

    1. Mag ik onderzoeken bijwonen?

    Indien mogelijk mag je onderzoeken bijwonen. Het is wel moeilijk om je vooraf het juiste uur te geven. Kinderen die geopereerd worden, mogen soms door één ouder begeleid worden tot in de operatiezaal. Nadat je kind onder narcose (verdoving) gebracht is, moet je de zaal wel verlaten. Je kan weer bij je kind in de ontwaakruimte (recovery).

    1. Wanneer mag ik op bezoek komen?

    Als ouder mag je altijd bij je kind zijn. Kan je er overdag niet zijn, dan mag je je laten vervangen door een andere volwassene. Breng dan de verpleegkundige op de hoogte. Verwittig ons ook bij het einde van je bezoek. 

    1. Wanneer mogen anderen op bezoek komen?

    Andere bezoekers (broertjes, zusjes, familie, vrienden…) zijn elke dag welkom van 14.30 tot 19 uur. Buiten de bezoekuren kan je de afdeling enkel betreden met een code die je kreeg bij opname van je kind. Om de veiligheid en privacy van je kind en andere kinderen te garanderen, vragen we je deze code niet door te geven. Indien je, in uitzonderlijke gevallen en in overleg metde verpleegkundige, buiten de bezoekuren toch bezoek ontvangt, ben je zelf verantwoordelijk voor het openen van de deuren. Verpleegkundigen kunnen de deuren niet openen voor bezoekers.Respecteer de rust op de afdeling. Beperk het aantal bezoekers en laat hen de bezoekjes kort houden. Zet radio en televisie in de kamer niet te luid. 

    1. Hoe neem ik het best afscheid van mijn kind?

    Vertrek niet plotseling of stiekem. Laat het je kind enkele minuten vooraf weten. Vertrek zonder aarzelen en kom niet terug om  je kind nog eens te troosten. Als je kind heel verdrietig is bij je vertrek, verwittig dan een verpleegkundige. Zij zal je kind troosten na je vertrek. Als je bij je thuiskomst ongerust bent, neem dan gerust contact op met de afdeling. Een kind huilt meestal niet lang na een afscheid. Vertel je kind wanneer je terugkomt en kom deze afspraak ook na. Als je niet kunt 
    komen op het geplande bezoek, verwittig dan de verpleegkundige. Zij brengt je kind op de hoogte. 

    1. Mag ik bij mijn kind overnachten?

    Eén van beide ouders mag blijven slapen bij het kind, dit is ‘rooming-in’. Elke kamer beschikt over een slaapbank die je tot naast het bed van je kind kunt rijden. Je vindt linnen en kussens in de kleerkast. Berg het linnen overdag op in de kast. Je zorgt zelf voor nachtkledij, toiletgerief, schoenen, handdoeken en washandjes. Een overnachting voor een ouder kost 22 euro per nacht, met ontbijt inbegrepen. Deze kosten worden bij de ziekenhuisrekening van je kind verrekend. Rooming-in 
    wordt niet terugbetaald door het ziekenfonds.

    1. Wat staat op het menu voor mijn kind?

    We zetten de voedingsgewoonten van thuis zoveel mogelijk verder in het ziekenhuis. Als onderdeel van een behandeling kan een arts het voedingsschema wel aanpassen. Peuters (tot 3 jaar) en oudere kinderen kunnen samen met jou kiezen uit 
    verschillende menu’s. Soms moet je kind nuchter blijven voor een onderzoek of een ingreep. Dat wil zeggen dat het niet mag eten of drinken. Kinderen vinden dit meestal niet zo leuk. Verwijder alle voedingsmiddelen uit de buurt van je kind. Laat voeding of dranken nooit achter binnen het bereik van je kind. Volg de voedingsadviezen van de arts strikt op. De diëtiste van de afdeling is steeds bereid om je hierbij te helpen. Breng zo weinig mogelijk snoep mee. Informeer eerst bij de verpleegkundige of je kind alles mag eten. Bewaar geen voeding in de kasten op de kamer. 

    1. Zuigelingenvoeding

    Indien mogelijk gebruiken we dezelfde zuigelingenmelk of een gelijkwaardig alternatief als bij je thuis, tenzij de behandelende arts iets anders voorschrijft. Onze melkkeuken bereidt de flesjes met de grootste zorg voor kwaliteit en hygiëne. Omwille van voedselveiligheid is het strikt verboden om zelfbereide flesjes (dus opgeloste poeders) van thuis mee te brengen naar het ziekenhuis.

    • Bistro

      Bistro

      Niet beschikbaar
      In de inkomhal van het UZA, kan je terecht in de bistro om wat te eten en te drinken.
    • Niet beschikbaar
      In de inkomhal van het UZA, kan je terecht aan de broodjesbar om wat te eten en te drinken.
  • Sommige kinderen lopen meer risico op vallen door hun leeftijd, aandoening of medicatie. Dat kan ernstige gevolgen hebben. Hier vind je enkele tips om valpartijen te voorkomen. Vraag meer uitleg aan de verpleegkundige. 

    • Zet zo nodig de spijlen van het bed omhoog, zeker bij het vervoer van uw kind bijvoorbeeld naar een onderzoek of operatie. 
    • Zet het bed in de laagste positie zodat je kind makkelijk in en uit kan stappen. 
    • Blijf bij een onderzoek naast het bed, de onderzoekstafel of brancard staan. 
    • Laat je kind steeds in zijn/haar eigen bed slapen met de spijlen omhoog. Laat je kind niet in het andere bed slapen.
    • Probeer bij je kind te zijn als het ontwaakt na een onderzoek of ingreep onder verdoving.
    • Vraag hulp aan een verpleegkundige als je kind de eerste keer uit bed wil na een onderzoek of een operatie en ondersteun je kind als het wil stappen. 
    • Ga zorgvuldig om met leidingen van het infuus, snoeren, monitors en sondes. 
    • Hou de kamer opgeruimd. 
    • Doe je kind liefst gesloten schoenen/pantoffels met een antislipzool aan. 
    • Laat je kind nooit alleen achter op het verzorgingskussen of in het bad(je). 
    • Laat ’s nachts een lichtje branden.
    • Hou toezicht tijdens het spelen. Laat je kind alleen met veilig speelgoed spelen. 
    • Laat je kind niet in bed of op ander meubilair springen. 
    • Maak de riempjes vast als je kind in een relax, kinderbuggy, wandelwagen of eetstoel zit. 
    • Als je kind een sta-, zit- of ligorthese (een op maat gemaakte zit- of ligschelp) nodig heeft, installeer je kind dan op een correcte en veilige manier en maak de riempjes vast. 
    • Om valrisico te vermijden vragen wij jou om het kind steeds te laten slapen in zijn/haar bed met de bedspijlen omhoog. 
    • Als je de kamer verlaat:
      • verwittig de verpleegkundige 
      • voorzie een veilige omgeving in de kamer
      • laat je kind veilig in bed achter: in een veilige en stabiele houding en met de bedspijlen omhoog 
      • leg de bel binnen handbereik
    1. Hoe kan mijn kind zich bezighouden? 

    De verpleegeenheid kindergeneeskunde beschikt over een speelzaaltje waar jouw kind naar hartelust kan spelen. Ruim nadien alles netjes terug op. Breng gerust eigen speelgoed mee, maar hou eigen speelgoed en speelgoed van het ziekenhuis goed gescheiden. 

    Enkele keren per week komt een speeljuf langs die met de kinderen spelletjes speelt, knutselt, tekent…

    Tieners kunnen terecht in een ruimte met fitnesstoestellen en zitzakken. Hier kunnen ze samen sporten, naar een film kijken of playstation spelen. 

    Op maandag is het feest, want dan komen de ziekenhuisclowns op bezoek. Ze bezoeken alle kinderen. Een moment van ontspanning voor ouders en kinderen. 

    Elke kamer heeft een televisie met filmkanaal. Het filmaanbod is geschikt voor alle leeftijden. Jouw kind kan ook buiten spelen of een luchtje scheppen op het dakterras op de tweede verdieping, vlakbij de raadplegingen van de dienst kindergeneeskunde (E2). Je moet hier wel steeds toezicht houden. Verwittig de verpleegkundige als je met je kind de afdeling verlaat. 

    1. Mag mijn kind de afdeling verlaten? 

    Wil je met je kind een wandeling maken of naar de bistro gaan? Dat kan als je kind zich goed genoeg voelt. Maar verwittig wel steeds de verpleegkundige. Kinderen onder 16 jaar moeten steeds vergezeld worden van een volwassene bij het verlaten van de afdeling. 

    1. Kan mijn kind naar school in het UZA? 

    We doen er alles aan om schoolachterstand tot een minimum te beperken. Daarom is er een ziekenhuisschool op kindergeneeskunde. Het aangeboden onderwijs is steeds op maat van je kind. De kleintjes krijgen les op een speelse manier. Patiënten uit het secundair krijgen les op hun niveau van gediplomeerde leerkrachten. 

    • Er is een klaslokaal waar alle kinderen ongestoord les kunnen volgen. Is je kind 2,5 jaar of ouder, dan kan het 's ochtends naar de klas. 
    • Vrienden maken, schoolwerk, inhaallessen of toetsen maken... de leerkrachten helpen hen er graag bij.
Ondersteuning

Ondersteuning

Ontslag

Ontslag terug naar huis

  • Het ontslag van jouw kind wordt steeds met je arts besproken. Als je het ziekenhuis zonder zijn/haar toestemming wil verlaten, moet je een verklaring ondertekenen. Maar je arts kent je kind het best. Hij/zij zal je kind nooit langer dan nodig in het ziekenhuis houden. 

    • Informeer familie, omgeving, buren...
    • Regel vervoer! In ons ziekenhuis word je vóór 11u ontslagen. Denk op voorhand al na wie je kind kan ophalen.
    • Zorg indien nodig voor thuisopvang of -begeleiding. 
  • Vóór je ontslag krijg je:

    • Advies: praktische informatie over de medicatie, dieet, activiteiten, controle, thuiszorg, hulpmateriaal... van je kind.
    • Beknopt medisch verslag voor je huisarts: Een uitgebreider rapport sturen we haar of hem later.
    • Voorschriften: Vraag hiernaar voor de medicatie van je kind.
    • Attesten: Vraag eventueel een bewijs van afwezigheid voor de school.
  • Bij thuiskomst kunnen sommige kinderen angstig zijn. Soms vragen ze de eerste dagen wat meer aandacht en willen ze niet alleen slapen, zijn ze ’s nachts onrustig, huilerig, bang of onzindelijk.

    Gun je kind de nodige tijd om de ziekenhuisopname te verwerken en zich weer aan te passen. Praat eens over de fijne momenten.

  • Onze dienst werkt nauw samen met jouw verwijzende kinderarts. Indien je kind naar het UZA verwezen werd voor aanvullende diagnostiek en/of behandelingen, dan wordt je kinderarts op de hoogte gehouden van de evolutie. Als de toestand van je kind gestabiliseerd is en de behandeling het toelaat, wordt jouw kind teruggebracht naar het verwijzend ziekenhuis om de behandeling te voltooien. Je kinderarts coördineert namelijk de langdurige opvolging en dit laat ook toe 
    om jouw kind dichter bij huis te verzorgen. De opvolging voor specifieke medische problemen zal dan ambulant in het UZA gebeuren in samenspraak met je kinderarts. 

Overige

Overige